zaterdag, oktober 04, 2014

De eerste verjaardagsgast

‘Hazelnoot’, riep Frieda naar de keuken. Ze keek naar de kring tuinstoelen die haar vader in de woonkamer had uitgestald. Over twintig minuten zouden tante Gerdien en oom Frans, de buurtjes en de vrienden van de voetbal eveneens hazelnoot, slagroom of gemengde vruchten naar de keuken roepen. Terwijl haar vader met koffie rondging, zou het over de autorit gaan. De opgebroken weg, die al wekenlang af had moeten zijn. En dan een stevige discussie of het huis van haar vader sneller te bereiken was via het Prins Clausplein, of toch binnendoor. ‘Maar wat boffen we met het weer, hé?’ via de zon leidde het gesprek naar de zieke kennissen en de kinderen, die inmiddels ook allemaal weer bezig waren om gezinnen te stichten. Totdat er wijn en worst op tafel kwam, en de vrouwen al helpend en inschenkend ineens met zijn allen afwassend in de keuken stonden.
Daar ging de bel. Tante Gerdien en oom Frans kwamen binnen. ‘Slagroom’ zeiden ze. En daarna: ‘die opgebroken weg hier om de hoek, had toch allang af moeten zijn.’ Frieda stond op: 'Zo. En nu ter zake: waar blijven de toastjes?'

Geen opmerkingen: